Kamal Kharmach vertelt in Dag Allemaal dat hij is opgegroeid met een constante druk om te presteren. “Ik was de oudste zoon. In onze cultuur is dat een heel ding. Dus ik moest van thuis presteren: naar school gaan, naar de universiteit. Ik moest, moest en moest.”
In het openhartig interview geeft de komiek aan dat hij uit een arm gezin komt en dus buiten zijn schooluren ook nog wat bijverdiende. “Ook al zeiden mijn ouders dat het niet moest, je zag dat het eigenlijk wel moest”, verduidelijkt hij.
Ook qua schoolresultaten moest de jonge Kamal steeds uitblinken. “Ik weet nog dat ik thuiskwam met 90% voor wiskunde, en mijn papa zei: ‘Waar is die andere tien procent?”. De komiek geeft aan dat hij daardoor is opgegroeid met het chronische idee dat het nooit goed genoeg is.
“Dat kan ik niet loslaten. Mensen zeggen altijd: ‘Je bent zo bescheiden, voetjes op de grond’. Maar eigenlijk is dat gewoon omdat ik denk: het kan beter.”
